zaterdag 27 april 2019

Een brevet bij de zuiderburen: 400 km vanuit Herentals

Voorjaar 2019. Dat betekent de kwalificatie voor Parijs-Brest-Parijs volbrengen. De 200 km had ik al in november vanuit Boekelo gereden; de 300 eind maart vanuit Landgraaf. Ik had me voorgenomen zo snel mogelijk ook de 400 km en de 600 km af te ronden, om er zeker van te zijn dat ik mee zou kunnen doen. En als er dan toch een brevet niet zou lukken, dan zou er nog genoeg herkansingen zijn.
Vorig jaar had ik een 400 km-brevet gereden, het Rondje Zuiderzee. Dat was een relatief makkelijk brevet geweest, en toch zeer bevredigend omdat je het gevoel hebt een topografisch belangrijke route te fietsen. Dat topografische, dat is voor mij een belangrijk deel van de lol van het langeafstandsfietsen.
Dit jaar zou dit brevet ook georganiseerd worden, en wel in het weekend van 20-21 april. Pasen dus. Niet echt handig, zeker gezien familie en activiteiten in de kerk. Dat zou dus geen optie zijn om de 400 km te voltooien. Overigens werd het brevet een paar weken van tevoren helemaal omgegooid omdat de Afsluitdijk ineens per 1 april dicht werd gegooid voor fietsers.
Het volgende 400 km-brevet was een rondje door Noord-Duitsland vanuit Boekelo op 3 en 4 mei. En dan zou er het weekend daarna de eerste mogelijkheid zijn om 600 km te fietsen, vanuit Venray naar Groningen en via Noord-Duitsland weer terug. Niet echt handig, zo dicht op elkaar, en bovendien qua landschap nogal op elkaar lijkend. Wat dan? Het brevet vanuit Venray wilde ik toch echt wel rijden.
Bij het 300 km-brevet vanuit Landgraaf had ik gefietst in een groepje met een paar Vlamingen, die enkele weken daarvoor een brevet vanuit Herentals hadden gefietst. Dat zette mij aan het denken; er bleek inderdaad op 27 en 28 april een 400 km vanuit Herentals te worden georganiseerd. Waarheen? Richting noordoosten, met als noordelijkste punt... Nijmegen. Het omgekeerde van handig dus, eerst vier uur in de trein zitten om daarna op vijftien km na helemaal weer naar huis te fietsen, en dan weer terug naar Herentals met daarna opnieuw vier uur (on nee, werkzaamheden, dus vijf uur) in de trein terug naar Arnhem. Maar goed, het brevet zou om zes uur 's avonds beginnen, dus qua tijd zou het te doen zijn.
Een kaartje kopen bleek nog ingewikkeld; via de NS-website kon je geen fietskaartje kopen en toen ik een vrouw van NS aan de telefoon had verbood ze me bijna om op koningsdag een fiets in de trein mee te nemen, gezien de drukte die zij voorzag. 'De mensen hangen bijna uit de treinen" volgens haar. Ja, waar dan? "Ik woon zelf in Utrecht, en tussen Utrecht en Amsterdam is het extreem druk." Ik probeerde haar te overtuigen dat ik ver van de Randstad zou blijven en uiteindelijk kon ik op eigen risico een kaartje van haar krijgen.
Koningsdag viel halverwege mijn Paas-meivakantie, dus alle rust om een mooi brevet te fietsen. Het weer viel tegen; het leek koud en regenachtig te gaan worden. Na een prachtig paasweekend kon ik mijn winterfietskleren weer uit de kast halen. Verder weer de achterdrager op mijn Fairlight Strael gemonteerd voor de spullen die ik bij kortere ritten in een rugzakje doe. En een extra tasje aan de voorbuis gehangen met M&M's, bij wijze van experiment. Ik ben erg slecht in eten tijdens het fietsen; misschien kon ik deze makkelijker binnenkrijgen.
De treinreis was zoals ik had verwacht heerlijk rustig, zeker geen uitpuilende treinen. Alleen in Breda stapten wat meer mensen uit. Ik ook trouwens. In Antwerpen -Berchem overgestapt op de trein richting Turnhout en zo was ik al rond half vijf in Herentals. Het zou nog een kilometer of tien fietsen zijn naar de startlocatie, café 'De snelle Duif' in Morkhoven.
Omdat ik geen zin had om een uur extra in een Belgisch café rond te hangen zocht ik in Herentals naar een snackbar om alvast wat te eten, maar zonder succes. Ik ben een paar keer de binnenstad doorgereden, waarbij mijn fiets bijna uit elkaar stuiterde door alle kasseien. Wel een mooi centrum.



Dan toch maar langzaam richting Morkhoven gefietst. Ik kende dit stuk, want afgelopen kerstmis was ik hier al eens langs gefietst op weg van Brussel naar Arnhem. Het grootste deel was over een voormalige spoorlijn, en op het voormalige perron van Morkhoven ben ik nog even op een bankje gaan zitten om een koek te eten.

Tegen half zes was ik in 'De Snelle Duif'. Er waren al meerdere fietsers, maar geen organisator. Ik bestelde een alcoholvrij biertje en raakte in gesprek met een andere Nederlandse randonneur. Niet lang daarna konden we inschrijven (voorinschrijvingen, daar doen ze niet aan in België) en daarna bleek dat je gewoon mocht vertrekken, zonder dat er nog een afscheidspraatje van de organisator was of zo. Dus dan maar op de fiets, mee met een willekeurig groepje, waarvan al snel bleek dat ze mij te langzaam fietsten.



Ik had sowieso eigenlijk niet zo'n zin om in een groep te fietsen. Ik weet niet waarom; een maand eerder was het fietsen in een groep juist fijn geweest, maar vandaag wilde ik graag in mijn eigen tempo fietsen. Dat ging al snel fouyt, want ergens langs het kanaal Bocholt-Herentals kwam er een andere deelnemer bij me fietsen die graag aanklampte omdat zijn GPS-apparaat het niet deed. Het was een tweedehands Garmin van tien jaar oud die hij kort daarvoor had aangeschaft. Nou ja, geen probleem. Maar een kilometer of wat verder, nog steeds langs hetzelfde kanaal (dat we tot Nederland zouden volgen) werden we door een grote groep ingehaald die mij te snel gingen maar hem kennelijk niet, zodat we elkaar weer kwijtraakten.




Vlak voor de Nederlandse grens wisselden we van kanaal; er volgde nu een stukje Zuid-Willemsvaart, dat voor mij sentimentele betekenis heeft omdat mijn grootouders aan dit kanaal woonden en mijn moeder an dit kanaal is opgegroeid.




Eenmaal de Nederlandse grens bij Weert gepasseerd ontstond er een soort haasje-over met een groep Vlamingen die het niet eens werden over hun eigen tempo en uiteindelijk als groep uit elkaar vielen. Ik zou ze weer tegenkomen bij het eerste controlepunt in Baarlo, bij Venlo. Toen was het al helemaal donker geworden. We zaten bij een snackbar/pizzeria en iedereen leek iets te gaan bestellen, maar ik hield het bij een ice tea, wetende hoezeer een stevige maaltijd mij altijd opbreekt tijdens een brevet. Ik ging dan ook eerder weg dan de rest en fietste zo weer in mijn eentje door het centrum van Venlo, maar de meeste koningsdagactiviteit alweer voorbij was.





Boven Venlo, bij Arcen, ging het opnieuw de grens over, Duitsland in. Dat betekent ook de grote duisternis in; het is in Duitsland altijd een stuk donkerder dan bij ons. Door mij onbekende dorpen, buiten langs de stad Geldern om, kwamen we bij het keerpunt, Alpen. Ongemerkt waren we wat gestegen, en Alpen in was er een flinke afdaling, waardoor ik bijna de controlepost voorbij reed. Het was half een 's nachts. Deze keer bestond de controle uit organisator Jan bij de open achterklep van zijn auto. Ik kreeg een stempel, een wafel en een cola. Al bijna meteen arriveerde er een grotere groep, en ik kletste wat met andere randonneurs, waaronder Ben, een wat oudere Nederlandse deelnemer met veel randonneurservaring.

Tot nu toe was er wind mee geweest; we zouden nu richting Noord-westen gaan en ik verwachtte meer tegenwind, maar dat viel mee. We reden richting Xanten en vanaf daar langs de Rijn verder. Het gebied werd voor mij steeds bekender; vanaf de Rijnbrug richting Emmerik kende ik eigenlijk alle weggetjes wel. Mijn Garmin had nieuwe batterijen nodig; toen wilde hij natuurlijk niet opnieuw opstarten, zodat ik noodgedwongen achter twee anderen aan moest fietsen die mij passeerden terwijl ik stond te prutsen. Maar na enkele minuten geaarzeld te hebben besloot het apparaat om toch maar toe te geven en weer normaal te gaan werken. Toen ben ik weer weggefietst bij de twee anderen (onder wie Ben, de randonneur met wie ik in Alpen al had staan praten).
Ik kreeg steeds meer een gevoel van thuiskomen, zeker toen we Nederland weer in waren gereden, en al helemaal toen ik onder de Waalbrug door fietste.



Ik heb tien jaar in Nijmegen gewoond en ontelbare keren ben ik door de Ooijpolder gefietst en Nijmegen vanuit het oosten binnen gefietst. Alles was bekender dan bekend. Maar geen tijd om in Nijmegen zelf te stoppen; het controlepunt was in een benzinestation in Dukenburg, helemaal aan de westkant van de stad. Een scène zoals je die alleen bij randonneursbrevetten tegenkomt: midden in de nacht (het liep tegen half vier) in het winkeltje van een benzinestation, meerdere fietsen voor de deur, binnen vermoeide fietsers die van alles bestelden en naar binnen werkten. Ik nam een warm broodje ham-kaas, dat normaal gesproken weinig voorstelde, maar mij juist op dat moment erg goed smaakte. Dus nam ik nog een warm broodje. Dom, ik had beter moeten weten. Juist bij dit soort eten moet ik maat houden. Ik merkte het tot mijn schade tijdens het volgende traject.

Na wat gekletst te hebben met enkele Vlamingen en Nederlanders vertrok ik toch weer alleen, maar ik werd al snel achtervolgd door enkele anderen die mij bij Druten inhaalden. Ik herkende ze uit de pizzeria in Baarlo. Per saldo hadden we dus even snel voortgang gemaakt, ik met wat korter stoppen, zij met sneller fietsen.
De wind deed zich nu wel gelden, en zeker vanaf Druten waar we de Waaldijk gingen volgen. Het begon licht te worden in het Noord-oosten, de wind nam ook weer toe en de snelheid ging aanmerkelijk omlaag. Bij Wamel ben ik nog maar even gaan zitten om de benen even te laten rusten en om wat bij te eten.



De dijk bij Herenwaarden tussen Maas en Waal was helemaal zwaar tegen de wind in. In Rossum werd ik bijgehaald door een van de andere Vlamingen, Karel, die ik in Baarlo al had ontmoet. Hij had al een tijdje achter me gezeten en met moeite mij bereikt. We fietsten samen een stuk verder over de Maasdijk naar Hedel, dan de Maas over en Den Bosch in, onderwijl ervaringen en plannen uitwisselend over randonneurstochten en natuurlijk Parijs-Brest-Parijs. Karel fietste op een prachtige maatfiets van Noble, iets wat ik ook nog altijd een keertje zou willen, maar wat ik voor mezelf nog niet kan rechtvaardigen.

In Den Bosch was het weer een tankstation waar we moesten zijn voor de laatste controle. Toch een wat gewonere sfeer omdat het alweer half acht was en dus gewoon dag. Ik bleef niet lang hangen en ging weer in mijn eentje verder, door Den Bosch en Vught, dwars door Midden-Brabant. De vermoeidheid deed zich steeds meer gelden en in Oisterwijk heb ik nog een kwartiertje in een bushokje uitgerust. Daarna verder richting zuiden, nog steeds met tegenwind, die niet eens erg hard was maar toch erg tegen.
Voorbij Hilvarenbeek



reden we in het bos België weer binnen. De route volgde een wirwar aan plattelandsweggetjes. Ik werd weer ingehaald door Karel, ben nog even aangehaakt, maar bij Ravels kwam een groep zondagochtendrenners ons voorbij waarbij hij aanklampte, maar die voor mij te snel gingen. In Turnhout nog even gestopt bij het station, waar helaas alles dicht was en ik alleen iets uit een automaat kon krijgen.

Het laatste stuk richting Herentals ging ook weer over bochtige plattelandsweggetjes met de typische Belgische betonplaten. Nog steeds evenveel wind, maar doordat het einde in zicht kwam ging alles mentaal een stuk beter. De route ging met een rare boog om Herentals heen, om maar precies op 400 km uit te komen, en de laatste kilometers waren exact dezelfde als gisteren, en leken daardoor voorbij te vliegen. En dan was daar 'De Snelle Duif'.
Binnen zaten al wat anderen, net voor mij gearriveeerd. Het was half een, dus een mooie tijd van achttien en een half uur. Brevetkaart ingeleverd bij de kastelein en een warme chocolademelk besteld. Even de benen strekken en bedenken wat verder te doen...



Mijn fiets was door alle nattigheid ook niet schoon gebleven... had ik al gezegd dat het regelmatig wat had geregend? Geen echte plensbuien, en op een gegeven moment maakt het met alle kou en wind toch niet meer uit, dan wat regen er ook nog wel bij. De kou was erger, die maakte dat je nooit echt prettig langs de weg kon stoppen om even op een bankje te zitten, zonder al snel helemaal afgekoeld te raken. Aan de andere kant, dat is nou natuurlijk precies wat je niet moet doen, te lang langs de kant van de weg gaan zitten...

Maar ik mag niet klagen; een deelnemer had zodanig verkleumde handen dat hij onder andere daardoor in Nijmegen had moeten opgeven. Ik had het volbracht en was weer een stukje dichter bij PBP.
Ja, en dan de terugreis. Ik zag nogal op tegen vijf uur in de trein zitten, en tegelijkertijd wilde ik een patroon doorbreken. Het is een bekend patroon: je gaat een bepaalde afstand fietsen, of het nu 100, 200, 400 of 600 km is, en als je die afstand hebt hebt gefietst ben je helemaal kapot en op en kun je echt niet meer verder, omdat je je mentaal op een specifieke afstand hebt voorbereid. Waar was dat wel zo? Zou ik toch nog verder kunnen fietsen? Tijdens PBP moet je wel. Dus... niet naar het station van Herentals, maar op de fiets verder naar Tilburg. Zou dat lukken?
Ik moet er wel bij zeggen dat ik dan wel wind mee had, dat scheelde enorm. Toen ik door Herentals fietste, wist ik zeker dat ik verder zou fietsen. Gewoon over de grote baan naar Turnhout, en vanaf Turnhout over het 'Bels Lijntje' naar Tilburg. In alle rust. Dus nog even stoppen op de markt van Turnhout,



en bij de Albert Heijn in Baarle nog een bakje kwark en een salade aangeschaft.

Ondertussen begon het zowaar mooi weer te worden, wat betekende dat ik ineens rekening moest gaan houden met allerlei rustig peddelende al dan niet elektrische zondagmiddagfietsers. Die kom je niet tegen midden in de nacht.
Hoewel ik nog even had overwogen helemaal naar huis te fietsen besloot ik er een einde aan te maken in Tilburg. Nog een stukje trein en dan thuis op de bank uitrusten.

Strava:

https://www.strava.com/activities/2324922263
https://www.strava.com/activities/2325681690

Geen opmerkingen:

Een reactie posten